Elzevira

Elzevira

De nacht

Waarom kan ik nou niet slapen? Vraag ik me al een half uur naarstig af. Waar komt die streep licht vandaan die op mijn gezicht valt terwijl ik probeer te slapen? Ik trek het gordijn beter dicht. Te kort! Dan maar open en ja dit is het uitzicht uit mijn bed. Dan moet je je bed maar niet voor ‘t raam zetten zal de maan gedacht hebben terwijl hij recht op mijn raam schijnt . Ik zal je hebben kreng, je slaapt morgen maar in de trein op weg naar werk. Pfff... de Rijn ligt er een stuk rustiger bij. De rivier absorbeert de straling, kaatst hem terug en zwelgt in ‘t licht. Er valt te leren van de rivier ook ‘s nachts.

A lua começa ser real

E a lua mascara misteriosa sobre a tua face.

Todos os sons soam de outra maniera

Quando tu vens.

Quando tu entras baixam todas as vozes,

Ninguem te ve entrar.

Ninguem sabe quando entraste,

Senao de perente, vendo que tudo se recolhe,

Que todo perde as arestas e as cores,

E que no alto ceu ainda claramente azul

Ja crescente nitido, ou circulo branco, ou mera luz nova que vem,

A lua comeca a ser real.

(Alvaro de Campos 30-06-1914)

Vorige week donderdagavond kwamen Pieter en ik terug van het eerste optreden van het NBE met hun nieuwste  programma " Van de Weemoed en de Troost." Samen met de wereldberoemde fadista Ana Moura speelden ze het Veenendaalse publiek naar de oevers van de Taag, naar de plek waar de fado zijn wortels heeft. 

Ben al een tijdje van plan om eens naar Portugal te gaan.   Tijdens mijn studie Italiaans volgde ik colleges Portugees omdat het weer een Romaanse taal erbij was en het een taal is die beter in het gehoor ligt dan Spaans. Een taal kiezen op zijn klank is wat ik zo vaak heb gehoord over Italiaans, maar dan kan ik me er weer niets bij voorstellen.  Blijkbaar levert  de onverstaanbare klank een fraaier geluid op dan als die klank gekoppeld is aan de betekenis.  Misschien wel tegenstrijdig maar ik heb het vaker gedacht tijdens het luisteren naar gedichten in een onbekende taal.  

Behalve taalverwerving kregen we  ook een korte inleiding in de Portugese literatuur en tijdens die cursus maakten we kennis met de gedichten van  Fernando Pessoa.  Zijn veelzijdige en in sommige opzichten verknipte persoonlijkheid bracht hem er toe om te publiceren onder verschillende pseudoniemen.  Een van die personages   was Alvaro de Campos.

Nachtelijk wandelingen bij volle maan zijn ook door het Leersumse bos een belevenis. Het witte licht van de maan geeft de paden helder aan, de donkere silhouetten van de bomen steken af tegen de zilverkleurige omgeving.    Het is stiller, veel stiller dan anders.    Soms schrikt er een ree op van het geluid van de naderende voetstappen , of door het gesnuffel van Fret.  Maar zelfs Fret is rustiger dan overdag in het bos en bijna altijd houdt een bosuil  ons gezelschap met zijn roep om aandacht van een maatje, en eigenlijk wordt hij ook altijd beantwoord met een roep vanuit een boom uit een verder gelegen deel van het bos. 

Sleetje rijden  met de kinderen  en met bijna volle maan.  Gewoon  in het Wolvengat,, vlak achter de tombe van Nellestijn,  is een herinnering die elke nachtelijke wandeling weer opdoemt en maakt en die me dieper het bos in drijft, want er zijn nachten dat je een een gedicht kunt lezen bij maanlicht. 

En de maan een masker van mysterie over een gelaat.

Alle klaken klinker anders

Wanneer gij  komt.

Wanner gij binnentreedt dalen alle stemmen,

Niemand ziet u binnentreden.

Niemand weet wanner ge zijt gekomen,

Tenzij  plotseling, ziende dat alles in zich keert,

Dat alles lijn en kleur verliest,

En dat in de nog helder blauwe hoge hemel,

Duidelijk sikkel reeds, of witte schijf, of enkel  een nieuw licht dat komt,

De maan tot werkelijkheid wordt.

(vertaling August Willemsen uit Gedichten, Uitgeverij De Arbeiderspers 2000) 

(Geschreven met  Timeless - Music by  Merula and Glass,  2010) 

Slauerhoff / Custodio Castello

O engeitado (J.Slauerhoff - Custódio Castelo) Ik voel mij van binnen bederven, Nu weet ik waaraan ik zal sterven: Aan de oevers van de Taag. Aan de gele, afhellende oevers, Er is niets schooners en droevers, En ‘t bestaan verheven en traag. Ik bewandel ‘s middags de prado’s En ‘s avonds hoor ik de fado’s Aanklagen tot diep in den nacht: “A vida é immenso tristura” – Ik voel mij al samensnoeren Met de kwaal die zijn tijd afwacht. De vrouwen die visch verkoopen En de wezens die niets meer hopen Dan een douro meer, voor een keer, Zij zingen ze even verlaten, Door de galmgaten der straten, In een stilte zonder verweer. Een van hen hoorde ik zingen En mijn kilte tot droefenis dwingen: “Ik heb niets tot troost dan mijn klacht. Het leven kent geen genade, Niets heb ik dan mijn fado Om te vullen mijn leege nacht.” Ik voel mij van binnen bederven, Hier heeft het zin om te sterven, Waar alles wulpsch zwelgt in smart: Lisboa, eens stad der steden, Die ‘t verleden voortsleept in ‘t heden, En ruïnes met roem verwart. Ik word door dien waan betooverd; Ook ik heb ontdekt en veroverd, Die later alles verloor, Om hier aan den tragen stroom Bij het graf van den grootsten droom Te sterven: “tudo é dôr”


O enjeitado (J.Slauerhoff - Custódio Castelo) No fundo, sinto-me apodrecer. Agora sei onde e de quê irei morrer: À beira do Tejo, de suas margens  macilentas e inclinadas. Nada é mais belo e triste E a existência sublime e lenta. De tarde vagueio pelos prados E à noite ouço o queixume dos fados  Até romper a madrugada. - “A vida é imensa tristura” - E logo sinto as amarras desse mal Que no tempo aguarda fatal. São as varinas quem canta o fado  E os entes que já nada esperam. -“Mais um copo pra esquecer”- Deixam-no desamparado,  Ecoando por becos e vielas, Num silêncio que consente. Um deles ouvi cantar E minha frieza tornou-se em pesar: “Nada me consola além da dor. A vida não conhece o perdão, Mais não tenho que este meu fado P’ra me encher a noite, sem amor.” No fundo, sinto-me apodrecer; Aqui, de nada serve morrer, Onde tudo se perde na volúpia da dor: Lisboa, outrora cidade das cidades, Arrasta o passado no presente, E vê nas ruínas uma glória que mente. Por essa miragem me encantei; Também eu descobri e conquistei, Para afinal, de tudo ser perdedor Morrendo na lentidão da corrente, Junto à campa do mais nobre Dos sonhos: “tudo é dor”.




Nieuwe reacties

29.05 | 09:12

De complete CD Upstream of Hauschka and Rob Petit can be find on Spotify

26.07 | 14:31

fugimundi Over the Rainbow by Eric Vloeimans https://www.you...

04.10 | 20:21

Bellissima.....! Een pareltje dat ik vanavond ontdekte langs een progra...

08.08 | 23:34

in the rosy time of year, when the grass was down… making hay in th...